Terug

11 SEPTEMBER 2001, 11 MAART 2004 EN WAT NU?

Ter gelegenheid van de uitreiking in Utrecht van de Kees Koning Vredesprijs hield Fred van der Spek zaterdag 11 september jongstleden de volgende lezing:

De titel van dit verhaal is ‘11 September 2001, 11 maart 2004 en nu?’ Een niet door mij verzonnen titel, maar waaruit ik heb afgeleid dat het over het terrorisme moest gaan.

Er is een hele rij van gevallen op te noemen natuurlijk die onder het begrip terrorisme vallen, maar ik beperk me nu eventjes tot de drie bekendste. De twee die in de titel zitten dus, destijds New York en Washington, en de aanslag lente van dit jaar in Spanje. Maar nu ook Beslan in Noord Ossetië, dus in Rusland. Dat zijn drie gevallen waarbij grote aantallen slachtoffers zijn gevallen en die om allerhande redenen heel spectaculair waren. Afschuwelijk terrorisme, dat in hoge mate het nieuws beheerst. Het eigenaardige is overigens, dat het instituut Clingendael, dat is het Nederlandse instituut voor buitenlandse betrekkingen, pas heeft gemeld dat het terrorisme sinds de jaren tachtig afgenomen is. Wel is de ernst van de afzonderlijke gevallen een stuk groter dan destijds.

Ik neem als voorbeeld van reacties in Nederland het geval Spanje, van maart van dit jaar dus. Daar vielen tweehonderd doden bij die spoorweg-aanslagen en die werden in Nederland herdacht met een stilte, niet van één, niet van twee, maar zelfs van drie minuten, wat uitzonderlijk lang is. Maar daartegenover staat dat er tienduizenden ook onschuldige slachtoffers van de recente terreurdaden van de Verenigde Staten hier helemaal niét werden herdacht. Dat zijn er dus vijftig maal zoveel als er in Spanje vielen. Spanje is natuurlijk veel dichterbij dan Irak en Afghanistan, maar dat verklaart volgens mij niet dit schrijnende verschil. Ik denk dat de doorslaggevende reden is dat Nederland zich zeer verbonden voelt met het Amerika van Bush en niet met de tegenstanders van het Spanje van Aznár. (Aznár was toen het gebeurde in maart nog minister-president daar, een rechtse minister-president). Maar het verschil tussen een terroristische gewelddaad en het officiële militaire geweld speelt zeker ook een rol bij het feit dat het ene op een ingrijpende manier wordt herdacht met een lange stilte en het andere totaal niet, terwijl er ook talloze onschuldige slachtoffers vielen bij de Amerikaanse bombardementen. En wat is dat verschil? Dat oorlogvoeren in beginsel beschouwd wordt als een keurige beschaafde zaak en dodelijk geweld door groepen, zonder officiële legitimatie beschouwd wordt als een misdaad. Dat vind ik een bizarre vorm van het meten met twee maten. Want ook het militaire apparaat van de staat onttrekt zich aan elke democratische controle van betekenis. Uitgerekend Spanje demonstreerde dit, door aan het militaire optreden tegen Irak mee te doen, ondanks het feit dat 90% van de Spaanse bevolking daar niets van moest hebben. De aard van het militaire apparaat brengt zeer vérgaande geheimhouding en geheimzinnigheid en dus ook leugenachtigheid met zich mee. Dus dat verschil is niet principieel naar mijn mening.  

Het optreden van de Tsjetsjeense terroristen in Beslan is het meest recente bericht van een grote terroristische activiteit. Voor de verklaring daarvan ga ik even terug naar wat er destijds gebeurd is in de Tweede Wereldoorlog. Toen is onder andere in Tsjetsjenië door Stalin de hele bevolking gedeporteerd naar Centraal Azië, omdat Stalin beweerde dat ze collaborateurs waren met de Hitlertroepen, wat ze niet waren. Maar het was wel een bevolking die vanaf het begin grote bezwaren had tegen de Sovjetopvattingen en met name ook tegen de dictatuur van Stalin. 

Daarom is destijds de bevolking volledig gedeporteerd over een afstand van, ik denk vijf à tienduizend kilometer, naar Centraal Azië en later, een groot aantal jaren zelfs na de Tweede Wereldoorlog, mochten ze pas terugkeren. Ze hebben daarom, zoals ze ook daarvoor deden, een nogal kritische houding ten aanzien van Moskou getoond. En dat heeft alles te maken met wat er gebeurd is natuurlijk. Nog altijd wordt vanuit Tsjetsjenië zeer argwanend gekeken naar alles wat uit Moskou komt. En dat is denk ik een algemeen probleem. Dikwijls gebeurt het dat er groepen mensen in verzet komen. Geen staten of iets dergelijks, maar gewoon mensen die wat anders willen, bijvoorbeeld omdat ze geen vrijheid hebben. Denk aan de bevrijdingsstrijd in de tijd van de dekolonisatie. Het geweld dat daarbij gebruikt is, ja, dat kun je zien als terrorisme. Maar natuurlijk werd dat door degenen die het deden en de bevolking voor wie ze het deden gezien als bevrijdingsstrijd. Dus dezelfde strijd wordt enerzijds bekeken als kwalijk moorddadig terrorisme, aan de andere kant als een bevrijdingsstrijd, die helaas ook een aantal dodelijke slachtoffers met zich meebrengt. Dat speelt ook nu nog altijd. Er zijn achtergronden van het terrorisme waar buitengewoon weinig over gesproken wordt en die we goed moeten bekijken.

Ik zou daarom eerst terugwillen naar wat wel als het begin wordt gezien, namelijk de elfde september 2001, de aanvallen op New York, het World Trade Center en op het Pentagon in Washington. Daarbij vielen drieduizend Amerikaanse doden. De reactie toen van de Amerikaanse overheid met bombardementen op Afghanistan en Irak heeft ongeveer twintigduizend doden opgeleverd, waaronder ook uiteraard talloze volledig onschuldige slachtoffers. Het is wel opvallend, dat we daar zo ontzettend verschillend op reageren. En de vraag is natuurlijk ook, waarom wordt dat wat gebeurde toen in september 2001 zozeer gezien als iets nieuws? Het nieuwe was dat de Amerikanen voor het eerst op eigen bodem werden aangevallen. In december 1943 vielen de Japanners Pearl Harbour aan, op Hawaï, ook Amerikaans grondgebied, maar ver weg van het eigenlijke gebied van de Verenigde Staten, buitengewoon ver weg, op een eilandje in de Stille Oceaan. Dus het eigenlijke grondgebied van Amerika, het grote grondgebied, werd voor het eerst aangevallen. En de vraag is: betekent dit dat er fundamentele dingen veranderd zijn? Naar mijn mening niet. Want de achtergronden hebben alles te maken met belangen. Het werd een aanval op de Westerse beschaving genoemd. Het was in feite een aanval op Amerika, niet op de beschaafde kanten van Amerika, die er ook zijn, maar op de symbolen van de financieel-economische macht en van de militaire macht. Enerzijds het World Trade Center, anderzijds het Pentagon. En dat zijn machten die bepaald niet beschaafd worden gebruikt. Ook niet trouwens door andere rijke landen, zoals Nederland. Talloze militaire acties van de Verenigde Staten tegen Derde Wereldlanden met grote aantallen onschuldige slachtoffers, dikwijls veel meer dan op 11 september, zijn daarvan het bewijs. Ik noem even wat voorbeelden. Er waren al in de laatste jaren voor 11 september herhaaldelijk aanvallen op Irak, uitlopers van de oorlog van ruim tien jaar eerder, 1991. En dan zijn er Soedan (een farmaceutische fabriek is daarbij vernietigd), Panama, met die jacht op Noriega destijds, en Nicaragua met de terreuracties tegen de Sandinisten, enzovoort. Grenada, Libanon, Vietnam natuurlijk, waar de Amerikanen tweeënzeventig miljoen liter van het chemische wapen agent oranje over de bevolking hebben uitgestrooid, met talloze doden en verminkten als gevolg. En na 11 september 2001 is Afghanistan gevolgd, en in de latere tijd, ook in heel sterke mate, Irak waar een formele oorlog tegen gevoerd is. Een passende term voor al dit soort optreden is eigenlijk ook terrorisme, en dan dus staatsterrorisme. Dat vind ik van dezelfde gevaarlijke en vernietigende orde als het terrorisme van groeperingen. Zeker is dat in het geval van de aanslagen in Amerika religieus fanatisme ook een rol heeft gespeeld. Maar wat naar mijn mening fundamenteel is, is de haat tegen het rijke Westen, met zijn uitbuiting, onderdrukking, minachting van de massa’s in de Derde Wereld. Daarop wijzen reacties op 11 september. Ook in niet-mohammedaanse gebieden, bijvoorbeeld in Servië waren er positieve reacties. En zelfs Bolkestein heeft destijds over die elfde september gesproken als over een wanhoopsdaad. Een wanhoopsdaad dus van de kant van betrekkelijk onmachtigen, anders noem je het geen wanhoopsdaad.

Ik noem nu een paar voorbeelden van dit optreden tegen de Derde Wereld. Van de kant van de Europese Unie bijvoorbeeld, want het is niet alleen de Verenigde Staten. Wij doen daaraan mee, Nederland ook. Hoge invoerrechten op de invoer uit de Derde Wereldlanden van industriële producten, ook van halffabrikaten en zelfs van grondstoffen, soms, namelijk wanneer die deel uitmaken van het Europese gemeenschappelijke landbouwbeleid, dat zwaar gesubsidieerd is. Er worden dus hoge invoerrechten geheven, waardoor de mogelijke economische ontwikkeling in die landen van onze kant bemoeilijkt wordt, kapotgemaakt wordt eventueel. Nota bene het maandblad van het departement van Buitenlandse Zaken, Internationale Samenwerking, heeft anderhalf jaar geleden een artikel gepubliceerd over het feit dat de Nederlandse politiek en over het algemeen de Westerse politiek de katoenproductie van arme Afrikaanse landen kapotmaakt. Van de export van Benin (het vroegere Dahomey) maakt de katoen ongeveer 75% uit, van die van Burkina Fasso (het vroegere Opper Volta), 60%, van Mali  50%. Door de Verenigde Staten worden de eigen katoenboeren, met 50% van de marktprijs gesubsidieerd. En de EU doet het zelfs met 100% van die prijs. Trouwens, China doet het ook in zekere mate (het zijn niet alleen de rijke kapitalistische landen dus) en wel met 20%. Maar vooral de Verenigde Staten en West Europa doen het dus, waardoor er een mondiale overproductie ontstaat en de katoenproductie, een van de weinige economische mogelijkheden voor die hele arme landen kapot wordt gemaakt. Dat is een bewuste politiek van hieruit.

Docenten uit Wageningen betoogden een paar jaar geleden dat de honger in de Derde Wereld niet het gevolg is van weinig voedsel, maar van de oneerlijke verdeling van de grondstoffen. Wij voeren duizenden tonnen soja in uit Derde Wereldlanden voor gebruik als varkensvoer. Grondstoffen uit de Derde Wereld, in ruil voor wat ik dan noem de zogenaamde ontwikkelingshulp. Professor van Wolferen heeft gezegd dat de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds de Derde Wereldlanden schade toebrengen door de neoliberale voorschriften die ze verbinden aan het verstrekken van leningen. Daarbij gaat het vooral om het afbreken van de eigen producties in die landen, omdat elders die producties goedkoper zijn. Maar voor hen zijn het soms zeer essentiële producties, om überhaupt iets economisch te presteren. Getroffen worden vooral Latijns Amerika, Afrika, Indonesië, Thailand, en ook trouwens een land als Rusland. Daar is de economie gehalveerd en daar leeft de meerderheid van de bevolking beneden de armoedegrens, de levensverwachting van de mannen (van de vrouwen weet ik het niet) is er gedaald van 65,5 naar 57 jaar. En ik heb al gezegd dat West Europa (en ook Nederland) schuld heeft, ook wat betreft het gewelddadige optreden. Dat hebben Frankrijk en Portugal destijds ook uitvoerig gedaan in hun koloniën. En er zijn nog altijd, ondanks toegenomen verschillen en tegenstellingen tussen de Verenigde Staten en West Europa, in hoge mate overeenkomstige belangen; wij gedragen ons op dezelfde manier.

Dit gedrag houdt in dat het Westen, ook Nederland, een flagrante schending pleegt van het tweede internationale verdrag over de rechten van de mens. Het ene verdrag is het zogenaamde Bupo-verdrag, van de burgerlijke en politieke rechten en het tweede verdrag is dat van de economische, sociale en culturele rechten. Daarin wordt een behoorlijke levensstandaard voor iedereen als doelstelling vermeld. En in artikel twee van dat tweede verdrag wordt gesteld dat degenen die partij zijn, onder andere Nederland, verplicht zijn om dat doel te bevorderen. Maar Nederland doet het omgekeerde. Nederland is dus een flagrante schender van artikel 2 van het tweede mensenrechtenverdrag. Terwijl we hier altijd onze mond vol hebben over die mensenrechten. Wat betreft het eerste verdrag is het niet zo gek dat we dat doen, dat ligt in Nederland inderdaad vrij goed. En dat heeft ook een uitstraling naar elders. Maar voor wat betreft het tweede, de rechten die inderdaad misschien zelfs op in leven kunnen blijven neerkomen, economische en sociale rechten, is Nederland een verschrikkelijke schender van het internationale recht. Niet alleen Nederland, maar onder andere Nederland.

En wat doen we nu eigenlijk? Nauwelijks ons afvragen: wat zijn de oorzaken van het terrorisme? We plegen bijna alleen maar acties om de gevolgen te bestrijden, om het terrorisme op zichzelf te bestrijden, (dat is natuurlijk juist, maar ook ons officiële militaire gedoe moet bestreden worden). En we hebben daarvoor de gewone mensenrechten, in landen als de Verenigde Staten, maar ook in Nederland aangetast. Het recht van de CIA om moorden te plegen was in Amerika al vijfentwintig jaar geleden afgeschaft en is nu een paar jaar geleden hersteld. Verdachten van terrorisme mogen worden berecht door militaire tribunalen die niet in het openbaar werken, waar geen beroepsmogelijkheden zijn en die zwakke gronden als bewijs mogen hanteren. Meer dan duizend verdachten zitten heel lang gevangen zonder enige vorm van proces. Met grote steun van de publieke opinie wordt er voor gepleit dat de zwijgers onder hen gemarteld mogen worden. En Nederland blijft niet achter, het kabinet heeft destijds, kort na september 2001, 46 regelingen getroffen in het kader van de terrorismebestrijding, waarvan grote delen een aantasting van de mensenrechten zijn. Zonder enig besef van wat eigenlijk de oorzaken zijn van dit gedrag. Ik noem wat voorbeelden: uitbreiding van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, nauwe samenwerking van de binnenlandse veiligheidsdienst, tegenwoordig AIVD (Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst) geheten en de MIVD, (de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst) en de politie. Nauwe samenwerking van de Nederlandse inlichtingendiensten en de CIA, FBI en de Europese zusterorganen. Aan het korps landelijke politiediensten is een Landelijk Coördinatie Punt toegevoegd, vanwege het toenemende antiglobalisme. Men richt zich daarbij ook tegen kraakacties en tegen lokaal verzet, dat wordt gezien als een soort terrorisme dus. Er moeten meer middelen zijn voor optreden tegen grootschalige ordeverstoringen. Mobiel toezicht op de vreemdelingen is versterkt, de illegale immigratie en de mensensmokkel worden bekeken vanuit de visie van het reizend terrorisme, reizigers worden biometrisch gecontroleerd. Alle persoons-gegevens worden opgeslagen. Bij vluchten naar Amerika zijn zelfs nagelvijltjes en mesjes taboe. Internet aftappen wordt vervolmaakt, aanbieders van telecommunicatie moeten alle gegevens bewaren, ontcijfering van codeberichten moet volledig mogelijk worden, dat geldt ook voor het onderscheppen van satelietberichten. Er komt aandacht voor onder andere inbraak, diefstal, documentenvervalsing en drugshandel als mogelijk plaatsvindend ten behoeve van terrorisme. Het is allemaal geplaatst in het kader van terrorismebestrijding. Verdachte bankrekeningen bevriezen is er ook bij gekomen.

Overigens was voor een deel het versterken van al deze in de persoonlijke sfeer dikwijls ingrijpende maatregelen al gaande, dus voordat die terreurdaden kwamen. Maar toen dat eenmaal gebeurd was is men het volop gaan doen en het weer makkelijker gaan verkopen, want het verzet tegen het aantasten van rechten in de persoonlijke levenssfeer is duidelijk afgenomen, doordat er een sfeer is gekweekt van: we moeten vanwege die terreur dit soort dingen wel doen. En daarbij heeft ook een belangrijke rol gespeeld, dat niet alleen door Nederland, maar ook in het kader van de Europese Unie het een en ander is gebeurd. Interessant is ook dat de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst na die aanslagen de Nationiale SIGINT Organisatie erbij heeft gekregen, dat staat voor Signals Intelligence, op het gebied van verbindingen. En die NSO gaat niet alleen communicatiesatelieten afluisteren, maar ook korte golf radiozenders, telefoons, politieradio’s, het internetverkeer en het faxverkeer. En dat betekent dus dat spionage bij gewone burgers en economische spionage plaatsvindt in het kader van dat versterkte politie- en justitiebeleid tegen het terrorisme. En het verzet daartegen dat in principe hier in Nederland vrij groot was altijd, is erg afgezwakt door die terreurzaken, waardoor men zegt: ja, helaas moet het wel.

En nu de economische kant van het verhaal. Het is natuurlijk zo dat het nodig is om de protectie van de eigen economie af te schaffen. Dat vinden ook de liberalen. Maar volgens hen moet het dan ook over de hele wereld gebeuren. Dat arme landen die in verband met de Westelijke uitbuitingspolitiek er behoefte aan hebben om hun eigen nog zwakke economische mogelijkheden te beschermen en dus wel protectie bedrijven, is volgens mij iets dat je moet accepteren. De situatie zoals hij nu is betekent in feite dat als je het overal gaat afschaffen, rijke landen de Derde Wereld kapot kunnen concurreren. Het belangrijkste is het overgaan tot een formele krimp van de economie. In feite is het natuurlijk zo dat de totale mogelijkheden die we hebben beperkt zijn. Maar het is duidelijk dat er een eind gemaakt moet worden aan de zeer ongelijke verdeling van productie van dure zaken, die wij in overwegende mate geheel in handen hebben, ook als ze elders plaatsvinden en wij daar de eigenaars zijn of degenen die het dirigeren. Dat het eerlijk wordt verdeeld over de mensheid als geheel is de belangrijkste voorwaarde om te voorkomen dat er een verschrikkelijk verzet ontstaat van miljarden eigenlijk arme en armgehouden mensen, met geweldige sterftecijfers en dergelijke, tegen de relatief kleine heel rijke bovenlaag in de wereld. Het kan uiteindelijk misschien zelfs tot vernietigende resultaten leiden, als vernietigingswapens, kernwapens bijvoorbeeld, die relatief goedkoop zijn, op een gegeven moment vanuit de arme landen gehanteerd worden.

Om dat te voorkomen, maar vooral natuurlijk vanuit de overweging dat we het eerlijk moeten doen, is het van belang dat we bewust van onze economie een beperktere economie maken en dat we de krankzinnige, in vele opzichten volstrekt nutteloze, rijkdom die we op het ogenblik hebben ten gunste van de grote massa’s in de Derde Wereld aanwenden, zodat die tenminste een heel behoorlijk leven kunnen gaan leiden met een behoorlijke levensverwachting. Ik denk dat dat de methode is om het terrorisme, zoals zich dat voordoet in die geweldige explosies die verschrikkelijk zijn en die ik niet goedkeur, om dat terrorisme in de toekomst te voorkomen.

Dank u wel.

Fred van der Spek
(bewerkt voor de Website)